Voor welke hulp kun je terecht bij de gemeente?

Voor welke hulp kun je terecht bij en binnen de gemeente?

Voor meerdere soorten hulp. Bijvoorbeeld voor: 

• Jeugdhulp (Jeugdwet): Hulp voor kinderen, jongeren en hun ouders die ervoor zorgt dat kinderen veilig opgroeien. Bijvoorbeeld bij gedragsproblemen, psychische klachten of een moeilijke thuissituatie.
• Maatschappelijke ondersteuning (Wmo): Hulp voor volwassenen, zodat zij ondanks hun ziekte, beperking of ouderdomsklachten langer zelfstandig thuis kunnen blijven wonen en actief kunnen blijven. 
• Financiële hulp (Participatiewet): Hulp voor volwassenen, zodat zij rond kunnen komen en noodzakelijke kosten als hulpmiddelen kunnen betalen. Bijvoorbeeld bij schulden, een laag inkomen of extra kosten vanwege een ziekte of beperking. 

Welke hulp iemand precies kan krijgen, hangt af van hun persoonlijke situatie en van wat de gemeente aanbiedt.

Waar moet ik dan precies aan denken?

Dat verschilt per gemeente. 

Gemeentes mogen grotendeels zelf bepalen hoe zij de hulp
precies invullen. Ook zijn niet in elke gemeente dezelfde organisaties actief.

Denk bijvoorbeeld aan de volgende soorten hulp:

Jeugdhulp

Bij jeugdhulp kun je denken aan:

• Opvoedondersteuning – zoals advies of cursussen bij opvoedvragen

• Gezinscoaching – bij spanningen of problemen thuis

• Ambulante hulp – begeleiding aan huis van een hulpverlener

• Psychologische behandeling (Jeugd-GGZ) – bij psychische klachten, zoals depressie of een angststoornis

• Intensieve jeugdhulp – bij gedragsproblemen zoals agressie of schooluitval

• Hulp bij echtscheiding – als kinderen daar last van hebben

• Pleegzorg of gezinshuizen – als thuis wonen (tijdelijk) niet kan

• Logeeropvang of dagbesteding – voor kinderen met een beperking

• Hulp bij verslaving of loverboyproblematiek – voor begeleiding en bescherming

• Ondersteuning bij school of werk – zoals leer-werktrajecten of bijscholing

• Crisisopvang – als de situatie thuis acuut onveilig of onhoudbaar is

Maatschappelijke ondersteuning (Wmo)

Bij maatschappelijke ondersteuning kun je denken aan:

• Huishoudelijke hulp – zoals stofzuigen en de was doen
• Begeleiding thuis – bij het plannen van de dag of omgaan met beperkingen
• Dagbesteding – activiteiten buitenshuis met structuur en begeleiding
• Vervoer – zoals een regiotaxi of aangepaste fiets bij mobiliteitsproblemen
• Woningaanpassingen – zoals een traplift, douchestoel of mantelzorgwoning
• Hulpmiddelen – zoals een rolstoel, scootmobiel of loophulpmiddel
• Ondersteuning voor mantelzorgers – zoals respijtzorg, dagopvang of coaching
• Beschermd wonen – voor mensen met psychische of verstandelijke problemen
• Hulp bij studie of werk – zoals aangepaste werkplekken of jobcoaching

Financiële hulp

Bij financiële hulp kun je denken aan:

• Bijzondere bijstand – voor extra kosten die je zelf niet kunt betalen, zoals medische hulpmiddelen
• Individuele inkomenstoeslag – als jij of je naaste al langere tijd een laag inkomen heeft
• Collectieve zorgverzekering – met korting en extra vergoedingen voor mensen met weinig geld
• Schuldhulpverlening – voor het oplossen van schulden of betalingsachterstanden
• Meedoenregelingen – zoals een bijdrage voor sport, cultuur of spullen voor je kinderen
• Energietoeslag of noodfonds – bij hoge energielasten of plotselinge geldproblemen

Weten welke hulp er precies in jullie gemeente is? Doe dan de mantelzorgtest. Op basis van jouw situatie en taken als mantelzorger krijg je het lokale aanbod binnen de gemeente (van je naaste) te zien. 

Hoe vraag je deze hulp aan?

Wil je hulp aanvragen binnen een gemeente? Voor jezelf of voor je partner, familielid of kennis? Dan kun je in de meeste gemeentes terecht bij:

• Het Wmo-loket of het sociaal wijkteam (voor volwassenen en mantelzorgers)
• Hetjeugdteam of het Centrum voor Jeugd en Gezin (voor kinderen, jongeren en hun ouders)        
• Het loket Werk & Inkomen (voor financiële hulp)

Na de aanvraag onderzoekt de gemeente of en welke hulp er nodig is. Meestal in de vorm van een gesprek. Ook moet je naaste soms bewijsstukken aanleveren, bijvoorbeeld over zijn of haar gezondheid of financiële situatie. 

👉Zo doe je een aanvraag voor hulp

De gemeente kijkt eerst naar wat iemand zelf kan

De gemeente bekijkt bij elke aanvraag eerst:

• Wat je naaste nog zelf kan
• Of jij of andere mensen in de omgeving kunnen helpen
• Of er algemene voorzieningen beschikbaar zijn (zoals een boodschappendienst, mantelzorgcafé of inloopspreekuur bij het wijkteam)

Is dat niet genoeg? Dan volgt er een maatwerkvoorziening: hulp die specifiek is afgestemd op jullie situatie.

Kun je hulp krijgen bij de aanvraag?

Ja, dat kan. Je kunt bijvoorbeeld een mantelzorgmakelaar inschakelen. Die is er speciaal voor mantelzorgers en helpt jou onder meer bij het aanvragen en regelen van zorg.  

Je naaste kan anders ook gratis een cliëntondersteuner inschakelen. Die is er speciaal voor hem of haar, maar minder voor jou. In de meeste gemeentes kun je een cliëntondersteuner inschakelen via deorganisatie MEE.

Even samenvatten

De gemeente kan op drie manieren helpen:

• Jeugdhulp – als er zorgen zijn over een kind of jongere
• Wmo-ondersteuning – als je naaste hulp nodig heeft om thuis te wonen of mee te blijven doen of wanneer jij als mantelzorger hulp nodig hebt
• Financiële hulp – als je naaste door omstandigheden niet goed kan rondkomen

Je vraagt hulp aan via het Wmo-loket, sociaal wijkteam, jeugdteam, loket Werk & Inkomen of ander meldpunt van je gemeente. Vaak volgt er een gesprek en wordt gekeken wat iemand zelf nog kan, en wat er aanvullend nodig is. Je kunt hulp krijgen bij de aanvraag van een mantelzorgmakelaar of onafhankelijk cliëntondersteuner.

Wat nu?

Ontdek welke hulp jij kunt krijgen via de gemeente van je naaste. Doe de mantelzorgtest en krijg advies dat past bij jouw rol als mantelzorger.