Jonge vrouw zit bij haar oudere moeder aan het ziekenhuisbed
  • Gepubliceerd op 22-09-2025
  • 4 min leestijd

Naar huis na een ziekenhuisopname: wat moet je regelen?

Na een ziekenhuisopname komt er veel op je af. Of je nu zelf naar huis gaat of je naaste thuiskomt: vaak moet er van alles geregeld worden om de overgang goed te laten verlopen. In dit artikel lees je wat belangrijk is om te regelen.

Wat regelt het ziekenhuis?

Voor je naar huis gaat, is er een ontslaggesprek. Daarin vertelt de arts of verpleegkundige wat je thuis wel en niet mag doen, welke medicijnen je krijgt en wanneer je op controle moet komen.

Is er thuis aanvullende zorg nodig?

Dan helpt de transferverpleegkundige. Dit is iemand die samen met jou (en je naaste) kijkt welke zorg of hulpmiddelen er na ontslag nodig zijn. De transferverpleegkundige regelt het contact met de wijkverpleegkundige, thuiszorg of eventueel een verpleeghuis of revalidatieplek.

Niet iedereen krijgt te maken met een transferverpleegkundige: dit hangt af van hoeveel zorg er thuis nodig is.

Tip: Ga met zijn tweeën naar gesprekken en neem papier en pen mee, zodat je aantekeningen kunt maken.

Wat moet je zelf regelen?

Het ziekenhuis regelt niet alles voor je. Sommige dingen moet je zelf oppakken:

  • Medicatie: haal het recept bij de apotheek en zorg dat je voldoende voorraad hebt.
  • Afspraken: Noteer de controle-afspraken goed en zet ze in je agenda of telefoon.
  • Thuiszorg: Regelt het ziekenhuis dit bij ontslag, dan neemt de thuiszorgorganisatie contact met je op. Heb je later extra hulp nodig of loopt iets niet goed? Neem dan zelf contact op met de wijkverpleegkundige.
  • Hulpmiddelen: Soms krijg je tijdelijke hulpmiddelen mee uit het ziekenhuis (zoals krukken). Maar voor structurele voorzieningen zoals een rolstoel of bedverhoger, moet je bij de zorgverzekeraar of gemeente zijn. Lees hier meer over hulpmiddelen regelen.
  • Huishoudelijke hulp: Lukt schoonmaken, koken of boodschappen tijdelijk niet? Dan kun je huishoudelijke hulp aanvragen via de Wmo.

Wat kun je doen als mantelzorger?

Als naaste speel je vaak een grote rol zodra iemand thuiskomt.

  • Wees aanwezig bij het ontslaggesprek. Zo hoor je precies wat er thuis nodig is en kun je vragen stellen.
  • Zorg dat het huis klaar is. Denk aan een opgeruimde kamer, eventueel een logeerbed of hulpmiddelen die al klaarstaan.
  • Help met het dagelijks leven. Van vervoer uit het ziekenhuis tot koken, boodschappen en administratie.
  • Houd overzicht. Medicatie, afspraken en thuiszorg kunnen snel door elkaar lopen. Een eenvoudig schrift of digitaal overzicht helpt om alles bij te houden.
  • Let ook op jezelf. De zorg kan zwaar zijn. Vraag tijdig hulp van anderen of regel respijtzorg om het vol te houden.

Goed om te weten: Ziekenhuizen zien mantelzorgers steeds vaker als waardevolle partner in de zorg en willen je graag betrekken bij de zorg. Geef gerust aan dat je mantelzorger bent en welke rol jij speelt.

Wat als het thuis niet goed gaat?

Herstellen na een ziekenhuisopname gaat niet altijd volgens plan. Worden de klachten erger, gaat het fysiek slechter of lukt het niet om thuis de juiste zorg te regelen?

  • Bel de huisarts of specialist bij twijfel of klachten.
  • Vraag extra ondersteuning via de wijkverpleegkundige of transferverpleegkundige.
  • Bij spoed: bel direct het ziekenhuis of 112.

Even kort samengevat

Na een ziekenhuisopname regelt het ziekenhuis de eerste overdracht, maar thuis moet je zelf aan de slag met medicijnen, afspraken en soms extra hulp of hulpmiddelen. Als mantelzorger speel je daarbij een belangrijke rol.

Lukt het niet of ontstaan er klachten? Dan kun je altijd terecht bij de huisarts, de wijkverpleegkundige of het ziekenhuis.

Wat nu?

  • Vraag bij het ziekenhuis of de transferverpleegkundige van nut kan zijn.
  • Zorg jij voor je naaste of ga je dit doen? Geef dit aan in het ziekenhuis.
  • Maak bij ontslag een lijstje van wat al geregeld is en wat nog moet.
  • Overleg samen met je naaste(n) wie welke taken oppakt.
  • Blijkt dat je na thuiskomst toch nog extra hulp nodig hebt? Neem contact op met de huisarts, het ziekenhuis of de wijkverpleegkundige in jouw buurt.